Een hypotheek nemen op een onroerend goed tot waarborg van een krediet.
Een hypothecaire inschrijving bestaat in principe dertig jaar.
Wie een lening of een kredietopening aangaat dient vrijwel steeds, als waarborg voor de goede afloop van zijn verbintenissen, een hypotheek toe te staan op één of meer onroerende goederen. Deze hypotheek wordt “ingeschreven” op het bevoegde Kantoor rechtszekerheid. Vandaar dat men spreekt over een “hypothecaire inschrijving”.
Een hypothecaire inschrijving wordt altijd genomen voor een periode van 30 jaar, ongeacht de termijn waarvoor de lening of het krediet werd aangegaan. Dit heeft een aantal gevolgen, zowel voor de schuldenaar, als voor de schuldeiser.
Dus zelfs wanneer men een verbintenis aangaat voor minder dan 30 jaar, wat meestal het geval is, wordt de hypotheek toch voor een periode van 30 jaar genomen. Ondanks het feit dat de lening volledig terugbetaald werd zal de hypothecaire inschrijving nog blijven voortbestaan, tot 30 jaar na de inschrijving. In principe ondervindt de schuldenaar daar geen nadeel van. Indien hij echter gedurende die periode zijn eigendom wenst te verkopen of wenst in hypotheek te geven in het voordeel van een andere kredietverstrekker, zal hij deze inschrijving moeten laten doorhalen, om te kunnen verkopen ‘voor vrij en onbelast’ of een hypotheek in 1ste rang toe te staan. Deze doorhaling brengt kosten mee en moet gebeuren bij notariële akte. Zo de doorhaling van de inschrijving niet gebeurt, vervalt de inschrijving vanzelf bij het verstrijken van de 30-jarige periode, en dit zonder enige kosten voor de schuldenaar.
Wordt een lening of een krediet voor langer dan 30 jaar toegestaan, wat uiterst zelden voorkomt, dan moet de schuldeiser, vóór het verstrijken van het 30ste jaar na datum van de oorspronkelijke inschrijving, deze hernieuwen. Doet de schuldeiser dit niet, dan vervalt zijn hypotheek en beschikt hij niet meer over een hypothecaire waarborg.
Deze hernieuwing van de inschrijving (die opnieuw voor 30 jaar genomen wordt) vergt geen notariële akte; zij wordt door de schuldeiser zelf aangevraagd maar brengt kosten mee lastens de ontlener. Wanneer dan de lening volledig terugbetaald zal zijn, bevindt de lener zich in dezelfde toestand als hierboven uiteengezet.